Vóór elke bijeenkomst maakt ieder een gedicht geïnspireerd op een thema dat in de vorige bijeenkomst opgegeven is. Die gedichten worden aan elkaar voorgelezen en besproken. Soms vertelt een van de leden iets over poëzie waar hij of zij meer van weet.
De eerste 12 bijeenkomsten zijn goed bevallen; er wordt serieus gewerkt en geluisterd, maar ook veel gelachen. Gewerkt – want dichten is ook een (wel heel bijzonder) soort werk. Maar er is alle vrijheid om de eigen gedachten in gedichten vorm te geven. In ABN of dialect. De diversiteit is groot.

Maar als u eens wil komen kennismaken en misschien meedoen, kan dat.
Voor aanmelden of meer informatie:
Wiely Philippens:  w.philippens1@home.nl of tel. 06 20 51 62 35
of Victor Spauwen: vicsp@live.nl of tel. 043 601 64 94

Hieronder een selectie van gedichten van DICHTERBIJ tot en met december.
Elk lid koos een gedicht uit eigen werk voor deze website. Zonder de namen van de auteurs.
 

Stemmen

Stemmen in de avondlucht
Wegebbend als
een ademzucht
ijl en ver verlaten
Zacht verdwijnen de stemmen
in de nacht
Het is nu stil…..
Ik zit en wacht.

Stem,
stem van een jong kind
Hoog gesproken
Vreemde woorden
Aarzelend en gebroken
Stemmetje waait verder
op de wind

=========================================

Ik wilde …

ik
ik wilde
als de leeuwerik
stijgen in de hoge lucht

ik
ik wilde
als de wielewaal
jubelend vliegen naar de wolken

ik
ik wilde
als de eerste zwaluw
zwevend zwierelend en zwenkend
aan de lente beginnen

ik
ik wilde
als haantje de voorste
met eerbied de kippen betreden

ik
ik wilde
met de spreeuwen
krakend schreeuwen aan de zee

ik
ik wilde
bij het krieken van de dag
als merel zingend het licht begroeten

ik
ik wilde
met lijsters mussen en spreeuwen
de dag een vliegende start geven

ik
ik wilde
Icarus en Prometheus zijn

ik
helaas
ik lig als blinde vink bij albert heijn

=========================================

Weemoed

Ongezien en ongevraagd
staat Weemoed aan mijn deur,
mistroostig is zijn zware stem.
Weemoedig peinzend zeg ik hem:
“Ga weg, ga weg, het leven is mooi,
verdriet dat slijt,
al duurt het best een hele tijd”.

===============================================

Honden

Daar loopt weer een hond
Hij rent om mij heen
Hij wil spelen zegt zijn baasje

Ik haat honden
Honden die tegen me opspringen
Honden die hard blaffen
Ze zijn nog jong
Zeggen hun baasjes

Honden die loslopen waar ik wandel
Ze ruiken dat ik bang ben
Komen dus naar me toe
Ze hebben vrijheid nodig
Ze zijn enthousiast
Zeggen hun baasjes

Ik heb niets met honden
Onbegrijpelijk voor hun baasjes
Er zijn ook aardige honden
Honden die niet naar mij kijken
Die niet naar mij blaffen
Honden aan de lijn

Maar er zijn steeds meer honden
Ik zal er mee moeten leven

=========================================

Wolk 2

een flits als wee
omhoog. de uitgedijde hoed klimt
op een steel die
rijst uit wortels van vuur

paddenstoel voor spillebeen te vluchtig

in een rivier van staal en steen
keren de gelukkigen tot stof
tot schaduw tot veeg
niet dood niet heengegaan: niet zijn

paddenstoel wijst het perverse pad

de vuurstorm ligt in stilte
zwarte tranen zweven naar de haard
brandende golven verteren
dit voorland, verschrikking voorbij

============================================

Vlege

Vlege vlege vlegetere
Oe ze geun mak hun niks oet
Ze hebbe schinsj gee noet

Vlege vlege vlegentere
Waol hoenderd kier tiege me roet
Ze wurde nog neet ens koed

Vlege vlege vlegentere
Zoe koeme ze neet vuuroet
En es ze neet eate geun ze doet

Vlege vlege vlegentere
’t is aat iezer oender ‘t loed
Me wat mak miech dat noe oet.

===========================================

Verzuchting

Heer, ik probeer
behoorlijk mens te zijn
Dat is niet simpel
Als u mij nu de maat neemt:
gezakt met vlag en wimpel
Geef mij dus nog even tijd
dan kan ik er nog iets van maken
Al wil ik wel even kwijt:
je moet letten op érg veel zaken
om in de hemel te geraken …